EISE EISINGA DE VERLICHTING IN NED.

73.GOD VAN BOER EN DOMINEE

Maar het verhaal met Taeke bleef mij, vooral ‘s-nachts in de bedstee, achtervolgen.In het schemerduister staarde ik naar zon, aarde met maan en planeten boven mij aan het plafond. Het onvoorstelbaar grote universum had ik uitverkleind tot een beeld op menselijke maat, zo dat we het konden bevatten. Maar de kosmische werkelijkheid was onvoorstelbaar, onvergelijkbaar veel rijker, schoner en indrukwekkender dan het schamele Planetarium, hier bij mij thuis aan het plafond. En hadden we met het onbegrijpelijke mysterie van de schepping niet hetzelfde gedaan en ook dat wonder uitverkleind tot een beeld op menselijke maat met een een verhaal over schepping en schepper gemodelleerd naar het beeld van de mens? Had Spinoza met zijn ontdekking dat God, universum, natuur en wereld één en hetzelfde zijn, ons misschien bevrijd van al die menselijke godsbeelden? De ideeen van Jan Pietersz. Van der Bildt daarover hadden grote indruk op mij gemaakt. EISE VERTELT 44,45EISE VERTELT 46EISE VERTELT 47

                                     EISES DIGITALE SCHATKIST

👍 In ‘Weest verheugd over Uw plaats en taak in dit leven’ en ‘God van boer en dominee’  vertelt Taeke dat hij een geweldige afkeer, wrok en haat had tegen alles wat met kerk en geloof te maken had. “De boer, de dominee en hun God, speelden samen onder één hoedje en buitten ons uit”, zei Taeke en Eise was het met hem eens. 

‘s-Nachts besefte Eise dat hij wel gezegd had in welke God hij niet geloofde, maar, of en zo ja, wat hij dan wel geloofde, daarover had hij niets gezegd en als hij dat wilde, wat had hij dan moeten zeggen? Eén voor één laat Eise de godsbeelden voorbij komen. Welke?

De volgende morgen wordt, misschien wel dankzij Taeke, duidelijk wat geloven voor Eise betekent, namelijk……………….

73. GOD VAN  BOER EN  DOMINEE                                   

Die nacht, na het gesprek met Taeke, kon ik niet slapen. 

De gevelsteen had mij destijds in 1784 al een slapeloze nacht gekost en nu opnieuw. 

Had Taeke gelijk en durfde ik niet voor mijn mening uit te komen? 

En allerlei beelden spookten door mijn hoofd.

Het beeld van de God die alles op een volmaakte manier had geordend en aan iedereen een vaste plek op aarde had gegeven . 

Van de boer en de dominee die samen met hun God onder één hoedje speelden en het arme volk uitbuitten.

Van de God die zich wreekte en die strafte met natuurrampen.

En het beeld van mijn vader die voor Taeke Mozes was, en hen uit Ulrum had bevrijd en tegelijk met het verschijnen van dat beeld hoorde ik mijn vader zeggen: “God staat niet aan de kant van de rijken Eise, maar aan de kant van de armen”.

“Als God almachtig is, hoe kan Hij dan al die verschrikkingen op aarde tolereren?, had Taeke mij ook nog gevraagd, “van zo’n God begrijp ik helemaal niets, voor mij is Hij een God van niks en ik kan en wil niet geloven in een God van niks”.

“Als mensen dat beeld van God hebben, is het geen wonder dat ze hevig teleurgesteld zijn”, antwoordde ik Taeke, “maar voor mij heeft zo’n God nooit bestaan, in zo’n God zou ik ook nooit kunnen en willen geloven.” 

Met de uitspraak van Taeke dat mijn vader zijn Mozes was, had ons gesprek een mooi slot gekregen, maar toch hield ik er een onbevredigend gevoel aan over. Ik had hem namelijk wel gezegd in welke God ik niet geloofde, maar, of en zo ja, wat ik dan wel geloofde, daar had ik niets over gezegd en als ik dat wilde, wat moest ik dan zeggen?

En opnieuw trok een rij godsbeelden aan mij voorbij:

Met de God van de fysico-theoloog Johannes Florentius Martinet, die ‘Gods almogendheid’ in de snuit van een bij zag en in een luis, kon je, genietend van de natuur, wegvluchten van je dagelijkse zorgen, maar voor zo’n God koos ik niet en Taeke zou mij uitlachen als ik daar mee aankwam, want wat schoot hij op met zo’n God?

En hetzelfde lot trof de ‘uurwerk maker’ van Descartes, die feitelijk dood was,

want die was vertrokken toen het werk erop zat.

De God van Spinoza, die de vorm van alles en iedereen aannam, sprak mij erg aan en met de beklimming van Spinoza’s ladder had ik al wat ervaring opgedaan, maar of Taeke in zo’n God geïnteresseerd was, daar had ik mijn twijfels over. 

Maar waarom maakte ik het zo moeilijk? Taeke had met de keuze van zijn grote held Mozes immers zelf het antwoord gegeven.

“Jouw God is mijn God”, dat zal ik morgen tegen hem zeggen en ”onze God is de God van Mozes en Hij is een bevrijder, die ons schreeuwen heeft gehoord”. 

Maar toen ik dat de volgende morgen tegen Taeke zei, vond hij het maar niets. “Als God een bevrijder is, waarom maakt Hij dan niet een einde aan de praktijken van boeren, dominees en al die andere uitbuiters?

“Omdat Hij het niet kan.” “Omdat Hij het niet kan?”, riep Taeke verbaasd, “en je zegt, dat jouw God een bevrijder is!”

“Hij kan het niet alleen Taeke, Hij heeft ons nodig”, en ik vertelde hem het verhaal van het beeld van de Man van Nazareth met de tekst:

”Tibi sunt mea manu", gij zijt mijn handen, en dat  wij medescheppers zijn. 

          “Jouw vader is mijn Mozes”, zei je gisteravond, “ja , mijn vader wilde doen, wat Mozes deed: mensen bevrijden...... 

“Geloven”, zei mijn vader altijd, “doe je niet met woorden, geloven is niet een mening hebben over God, maar geloven is vanuit een bepaalde hoek naar de wereld kijken, door de ogen van de onderdrukten en uitgebuiten. 

Geloven is hard werken, de aarde leefbaar en bewoonbaar maken en houden, bouwen aan een menswaardige wereld.

Wanneer mijn vader het over jouw vader had, sprak hij altijd over “mijn vriend Schelte Jans” en hij zag in jouw vader een bondgenoot in die strijd." 

                           KIJK, DENK, DOE EN ONTDEK 

Nieuwe reacties

02.12 | 08:37

Deze korte impressie smaakt naar veel meer!!

27.10 | 21:28

Ik haw krekt yn in lêzing fan Meinte Vierstra heard oer Eise Eisinga dy't...

06.02 | 13:45

Tige interessant Meinte, likas de oare stikjes. De formule is ek goed. Koart mar kreftig

21.12 | 13:01

Zo knap als Eise is om de ruimte in te kijken, zo knap is Meinte om de di...